Vondsten en bevindingen
Bij de opgravingen in Villa Borg kwamen herhaaldelijk Keltische vondsten en bevindingen tevoorschijn. Hieruit blijkt dat er een permanente nederzetting was op deze plaats vanaf de late La Tène-periode tot de Romeinse keizertijd.
Keltische bouwresten
De structuren onder het badhuis waren door de verbouwing van de oude Romeinse badplaatsen dusdanig vernietigd dat de vondsten geen duidelijk beeld meer gaven van het huis.
Vermoedelijk steunde het Keltische gebouw echter op zes palen en was het ongeveer 7 x 14 meter groot, dus ongeveer 100 vierkante meter.
Aan de tegenoverliggende zijde van de latere binnenplaats werden beter bewaarde resten van een andere paalstructuur gevonden.
Deze was 15 x 18 meter groot, steunde ooit op acht palen en had vakwerkmuren gemaakt van klei.
Chronologische volgorde
De Keltische houten gebouwen in Borg werden waarschijnlijk gebouwd in de loop van de 1e eeuw vóór Christus en, zoals blijkt uit vondsten van overeenkomstige scherven van vaten, werden ze nog gebruikt tot in de vroege Romeinse tijd.
De individuele vondsten dateren uit de tijd van de Romeinse verovering, waardoor een permanente nederzetting in het gebied vanaf de late Keltische tijd tot de Romeinse tijd als zeker kan worden beschouwd.
Keltische oorlogsprofiteurs?
Het vasthouden aan de ongunstic en vochtig locatieen het uitlijnen van de Romeinse gebouwen met de Keltische suggereren dat de eigenaars hetzelfde bleven.
Mogelijk vormden de houten gebouwen de traditionele zetel van een plaatselijke Treveriaanse adellijke familie, die al vroeg vrede had gesloten met de Romeinse bezetters en daardoor niet alleen hun bezit en invloed wist te behouden, maar ook in enkele generaties tijd zeer rijk werd.